#41 Recht op centrale correctie
22 juni 2019
In juni 2014 beschreef de Ombudsvrouw van Rotterdam als eerste helder dat een fout bij de digitale overheid niet altijd met terugwerkende kracht wordt gecorrigeerd wanneer dat moet. Ze citeert brieven van burgers die per abuis zijn uitgeschreven bij de gemeente ter illustratie illustreren. Een student bijvoorbeeld die opnieuw werd ingeschreven bleef met een schuld zitten bij DUO. Hij was niet ingeschreven in die periode volgens de registratie van de gemeente. Ditzelfde principe geldt voor toeslagen bij de Belastingdienst en bijna overal.
Nu is het wel degelijk mogelijk om iemand met terugwerkende kracht weer in te schrijven bij de gemeente. Daar hamerde de Ombudsvrouw ook op. Misschien in de veronderstelling, dat áls dat zou gebeuren, ook de organisaties die deze gegevens overnemen dan netjes met terugwerkende kracht corrigeren. En – zo hoop je dan – ook de gevolgen zullen corrigeren die een tijdelijke onjuiste registratie heeft gehad.
De Rekenkamer schrijft om 2014 al dat het rechtzetten van onjuiste gegevens bij meerdere overheidsinstanties een onmogelijke opgave isMaar al een paar maanden later in datzelfde jaar verschijnt nog een rapport, nu van de Algemene Rekenkamer. Zij schrijven dat het rechtzetten van onjuiste gegevens bij meerdere overheidsinstanties voor burgers een onmogelijke opgave is. Dat komt onder meer omdat lang niet alle organisaties kunnen corrigeren met terugwerkende kracht. En dus ondervinden burgers blijvend nadelige gevolgen, ook nadat een correctieprocedure volledig is doorlopen. De Rekenkamer geeft de opbouw van AOW rechten als voorbeeld.
Dit is nu vijf jaar geleden. En behalve dat steeds meer mensen hier last van hebben, is er niets veranderd. Dat heeft alles te maken met de manier waarop we besluiten nemen over de ICT infrastructuur van Nederland als geheel, ofwel de governance. In Nederland hebben we de bijzondere gewoonte om precies het tegenovergestelde te doen van wat we op school leren. Niet eerst een wet en daarna uitvoeren. Dat is theorie. De praktijk is dat juist uitvoeringsorganisaties als Belastingdienst en UWV samen met overheden bedenken wat er moet gebeuren en dat de wet volgt.
Het is tijd voor een tegenkracht. Laten we beginnen met een wet met daarin een recht op centrale correctie voor burgers.Belangen van burgers, zoals de mogelijkheid fouten te corrigeren, vragen om een specifiek soort coördinatie: sturing op het geheel. Pas wanneer alle aangesloten organisaties op dezelfde wijze fouten kunnen corrigeren, werkt dit ook voor burgers. Een soort scheidsrechter, die zorgt dat het spel leuk blijft.
Dus misschien moeten de theorie eens in praktijk brengen en beginnen met een wet. Een wet bijvoorbeeld met daarin een recht op centrale correctie voor burgers. Want het is tijd voor een tegenkracht. Dat maakt het leven van zo’n scheidsrechter ook makkelijker.
Arjan Widlak
Arjan Widlak is directeur en onderzoeker bij Stichting Kafkabrigade, die organisatie die onnodige bureaucratie opspoort en oplost. Arjan publiceert regelmatig over de impact van informatietechnologie op het openbaar bestuur.
Deze column verscheen op:
22 juni 2019 in het Financieele Dagblad
21 augustus 2019 op iBestuur.nl